Zo programmeren muziekfestivals

2 oktober 2015

Zo programmeren muziekfestivals

door | okt 2, 2015 | Muziekbusiness

Wie tijdens Music Pitch Festivals in Pakhuis de Zwijger had geturfd bij het woord ‘beleving’, had waarschijnlijk wel een meter papier nodig gehad. Festivals blijken steeds meer in te zetten op de overall experience van de bezoeker. “Het belevingsverhaal is erg belangrijk, de muziek wordt bijna secundair”.

In deze blog de uitspraken van festival-organisatoren tijdens Music Pitch: over hoe ze programmeren, hoe ze met locaties omgaan en welke plek nieuw talent krijgt. 

De middag begint met een onderzoek van Ticketmaster naar het consumptiegedrag van festival- en poppodiabezoekers. Wat blijkt? Mensen gaan naar meer festivals en concerten dan ooit en ze geven daar relatief gezien ook veel uit. Opmerkelijk is dat bezoekers van festivals meer uitgeven dan ze eigenlijk bereid waren te doen, terwijl bij poppodia het omgekeerde het geval is.

Blubberbak

Het lijkt dus goed te gaan met de festivalwereld, maar is het alles goud wat er blinkt? Wat zijn de verhalen uit de praktijk? Timo Spruitenburg van het Into The Woods festival (voor de zesde keer gehouden, 20.000 bezoekers) zegt een heftige zomer achter de rug te hebben. “Voor het eerst hadden we op de eerste dag heel veel regen. Het terrein was één grote blubberbak. We hebben veel maatregelen moet nemen om mensen weer met droge voeten naar huis te kunnen sturen. Dit zorgde voor veel extra kosten. En we hadden een grote no-show, veel mensen bleven thuis. De sfeer was ondanks het slechte weer wel heel erg goed. Regen creëert een bepaalde saamhorigheid. En gelukkig heeft de tweede dag ons gered, daardoor zijn we uit de kosten gekomen. Maar uiteindelijk gaat het er om dat we mensen een goede beleving hebben gegeven. Door positieve mond-tot-mond-reclame verkoopt het festival ook telkens uit de laatste jaren.”

20140815_211817Randprogrammering

Bij Into The Woods blijken grote artiestennamen niet zo’n belangrijke rol te spelen. Timo: “We zoeken naar artiesten die bij ons passen en ons aanspreken. We willen niet alleen maar grote namen, anders gaan mensen heel gericht daarheen en vergeten ze de rest. We willen ervoor zorgen dat mensen verdwalen in het bos en nieuwe muziek ontdekken die ze nog niet kennen. We zetten ook erg in op de atmosfeer met een grote randprogrammering. Creatieve theateracts, lichtkunst, rare verklede mensen tussen de bezoekers: dat doet het altijd erg goed.”

Ook Gaetan van de Sande van het Encore Festival (voor de tweede keer gehouden, 12.000 bezoekers) ziet steeds meer het belang in van randprogrammering of, zoals hij het zelf noemt, “gekkigheden”. “Er gaat volgend jaar niet zo heel veel veranderen aan het festival, het ging heel goed. Maar we willen wel iets meer op de beleving inzetten. Meer doen aan aankleding en randprogrammering. We hadden dit jaar een karaokebar en dat werkte heel leuk, daarnaast willen we volgend jaar meer podium bieden aan nieuw talent. Daar is nu nog weinig ruimte voor. Onze artiesten op de live-stage zijn grote namen die vaak meerdere festivals doen, maar we vragen altijd wel een unieke show van ze zodat bezoekers altijd voor een verassing komen te staan en niet naar een herhalingsoefening zitten te kijken.”

Jong talent

Wim van de Laak van het Grachtenfestival (voor de achttiende keer gehouden, 54.000 bezoekers) vertelt dat zijn festival juist draait om jonge artiesten. “Wij moeten

het niet hebben van grote namen, maar van nieuw talent die je over vijf, zes jaar in het Concertgebouw ziet.” Het Grachtenfestival viel dit jaar samen met het Sail-evenement, maar desondanks is het een goede editie geweest. “We hadden hetzelfde aantal bezoekers als vorig jaar. Daar waren we dan ook tevreden mee. We hadden gehoopt profijt te hebben van Sail, maar dat viel tegen. Het was op sommige plekken aanzienlijk minder druk dan voorgaande jaren, zoals op het Hembrugterrein in Zaandam. Vorig jaar was het daar uitverkocht, dit jaar kwam er bijna niemand. Waar dat aan ligt? Ik weet het niet.” Mijke Loeven van het International Jazz Festival Rotterdam en North Sea Round Town geeft aan dat ze het soms ook behoorlijk lastig heeft. “Het Jazz Festival Rotterdam is een festival waar veel subsidie voor nodig is. Rotterdam is een relatief laagopgeleide stad, maar wij richten ons wel op hoogopgeleiden. Het is risicovol dus ik moet ontzettend veel vechten voor het behoud van cultuur in de stad. Het Round Town festival moet meer mensen gaan bereiken, ook de laagopgeleiden. Het is gratis voor iedereen in Rotterdam.” Qua programmering liggen de jazzfestivals in lijn met het Grachtenfestival. Mijke: “Wij programmeren veel jong talent. Beide festivals zijn verschillend, maar ze draaien allebei om het publieksbereik. Het is belangrijk dat artiesten contact maken met hun publiek, niet zozeer of ze een grote naam hebben. Van mij mag het begrip ‘backstage’ ook worden afgeschaft. Als je gespeeld hebt, zou je gelijk het publiek in moeten lopen om in gesprek te gaan met de mensen.”

Festivalmoe

Over de vraag wat de succesfactoren voor de festivals in de toekomst zijn, bestond weinig misverstand. Gaetan: “Het belevingsverhaal is belangrijk. Muziek wordt bijna secundair. Mensen willen meerdere dagen vermaakt worden in de breedste zin van het woord.” Wim sluit zich hier bij aan: “Misschien een beetje flauw, maar de beleving is echt belangrijk. Mensen vinden het leuk als ze bijvoorbeeld met een boot naar een optreden gaan of een drankje van te voren kunnen drinken.” En ook Mijke kan niet achterblijven: “De beleving inderdaad. Het moet vooral gezellig zijn. Maar het hangt wel een beetje af van de leeftijd. Jonge mensen gaan met hun vrienden naar een festival en daarbij is het mooi meegenomen als er een tof bandje speelt. Ouderen gaan vaker echt voor de artiest.” Timo spot een trend binnen de house-scene. “Eerst wilde mensen in een grote hal met z’n alles losgaan, nu willen ze het liever veel kleinschaliger zien. Dus kleine podia met een kleine groep bezoekers.” Gaetan wil tenslotte een laatste les meegeven: “Het stikt van de festivals, mensen bezoeken ze massaal. Dat is allemaal heel tof, maar ik word ook wel eens een beetje festivalmoe. Het komt er op neer dat je wel iets moet blijven toevoegen aan het aanbod.”

De Music Pitch werd gewonnen door Joost Abbel van het AA Collective. Hij won de door Sennheiser gesponsorde microfoon.

1 Reactie

  1. Frank

    Leuk om te lezen, bedankt voor het plaatsen!!

    Antwoord

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Trending

Opkomende evenementen