Wil je een goede boterham verdienen met muziek? De geschiedenis leert dat je dan moet kiezen tussen grofweg twee rollen: die van de romanticus of van de vakman/vrouw.
Op langere termijn een gezond inkomen genereren met muziek is nooit makkelijk geweest. Nou ja, soms hadden musici het wat makkelijker dan anders. Door de geschiedenis heen stelden musici zich steeds weer anders op, hadden een dus andere rol. En het lijkt erop dat er eigenlijk twee “hoofd-archetypen” musici in de muziekgeschiedenis zijn: de romanticus en de vakman/vrouw. Die twee archetypen hebben allebei hun voor- en nadelen. Goed nieuws: je mag vandaag de dag zelf kiezen welke je het beste past!
We stappen even in een muziek-tijdmachine en drukken op de knop Jaar 1650. In dat jaar, midden in de baroktijd, stonden musici niet in hoog aanzien. Behalve rondreizende troubadours hadden echte musici geluk als ze werden aangenomen aan een hof of bij een kerk. En daar waren ze dan een soort muziek-klusjesman (ja: man, want vrouwen zaten daar nog niet bij). Musici waren dus gewoon personeel en werden geacht ook ander werk te doen. Bv taalles geven. De beste musici componeerden en arrangeerden ook.
Maar: ze moesten wel productie draaien. Zo componeerde J.S. Bach een enorm oeuvre bij elkaar, en deed dus nog meer aan het hof waar hij werkte. En deze vaklui waren van meer markten thuis als het om muziek gaat. Heel knap natuurlijk, maar in die tijd speelden ze alleen hedendaagse muziek. Er waren simpelweg geen “Gouwe Ouwe” om te spelen. Dus dat maakte het wel wat makkelijker.
Een aardig vast inkomen hadden ze ook wel. Direct betaald door de kroon of de kerk of wie ze dan ook werk gaven. Soms voelde dat trouwens als een soort slavernij: ze konden niet of nauwelijks voor een andere vorst gaan werken. Vooral iemand als Monteverdi had een haat/liefde verhouding met zijn werkgever.
Ewout van der Linden van Music Motion geeft les in ondernemerschap in muziek en de geschiedenis van de muziekbusiness. En publiceert erover. Bijvoorbeeld over het ontstaan van commercie tijdens barok en romantiek, de geschiedenis van muziekrechen of van de platenbusiness.
Drukken we op de knop Jaar 1850, dan landen we midden in de romantiek. De tijd van de vorsten en de grote kerkmacht was een beetje afgelopen. Daarvoor in de plaats kwamen de impresario’s, de muziekondernemers eigenlijk. Componisten / musici als Liszt of Beethoven of musici als Paganini werden volledig geëxploiteerd. Ze waren geniaal, hun muziek liet hun emoties breed klinken en ze waren vooral populair. Heel populair zelfs, ze bereikten zelfs een soort goddelijke status. De “artist branding” werd daarbij goed in de gaten gehouden. Zo was meesterpianist Liszt ook nog eens erg knap, Beethoven zag er spannend woest uit. Dankzij de nieuwe technologie van litografie waren hun beeltenissen overal. Dus dat hielp.
De topnamen in de romantiek verdienden over het algemeen geld als water. Ze specialiseerden zich geheel in hun eigen muziek en ze componeerden veel minder dan hun collega’s 200 jaar eerder.
Maar de musici / componisten die minder bekend waren hadden het een stuk moeilijker, die moesten met verschillende opdrachten en werkzaamheden hun geld verdienen. En ondertussen probeerden velen natuurlijk ook een soort Liszt of Beethoven imago aan te nemen. Hopende dat dat hielp.
We landen in het jaar 1925. De lichte muziek doet zijn intrede. De gramofoon is enige decennia geleden uitgevonden en de platenbusiness begint zich te vormen. Misschien herkenbaar, maar deze business is niet erg begaan met muzikanten. Die moeten gewoon muziek inspelen en verder niet zeuren. Wie weet krijgen ze een klein vast bedragje, maar geen royalties over de verkoop. We zijn nog voor de popmuziek, het is vooral jazz en opera die wordt opgenomen. Dat klinkt namelijk op een slechte opname ook nog wel goed.
Operazanger Caruso kon een flinke keel opzetten en wist toch een flinke royalty te bedingen. Maar jazzmuzikanten lukte dat helaas vaak niet. Ook boybands uit de jaren 30, 40, 50 moesten hun mond houden en vooral zingen. De romantiek was ver te zoeken, het vakmanschap (inmiddels ook vakvrouwschap!) was er wel. Inkomen was al erg onzeker.
We komen aan in het jaar 1975. De romantiek is weer terug!! Maar nu in de popmuziek. John Coltrane, Eric Clapton, Bob Dylan, Bruce Springsteen, Janis Joplin en ga zo maar door: het zijn geniale helden. Ze leggen hun ziel, zaligheid en vooral hun emoties in hun muziek. En ze zijn zeer populair, worden verafgoodt.
Op verschillende manieren lijken ze op hun romantische evenknieën honderd jaar eerder: ze produceren over het algemeen minder muziek, specialiseren zich in hun eigen muziek en niet in zaken eromheen. Zo werd Springsteens album “Born in the USA” in twee jaar opgenomen en werd het album twee jaar agressief aan de man gebracht.
Van de popmuzikanten rond deze tijd is de beeltenis is ook overal aanwezig, en nu steeds meer op tv. Ook de romantici van rond 1975 verdienen geld als water, en ook in deze tijd zijn er vele, vele artiesten die het ook proberen maar het met veel minder moeten doen.
En dan terug in onze tijd: het jaar 2022.
Is de romantiek weer op zijn retour in onze tijd? Er zijn nog steeds enorme sterren, die hun hart leegzingen of spelen in hun muziek. En hun meningen luid verkondigen. Adele, Beyoncé, Billie Eillish, Marco Borsato. Nog steeds verdienen ze (postuum) prima, en zijn er minder bekende artiesten die op hun manier proberen aan de bak te komen. Maar regelmatig echt moeten sappelen.
Maar… parallel aan deze 21e eeuwse romantische helden lijkt het wel of het vakvrouw/manschap óók weer tot leven komt. Dus: muzikanten / musici die veel dingen kunnen en veel, heel veel muziek maken. Ikzelf zie ze in de dance (denk aan Martin Garrix, Diplo, Steve Aoki, Afrojack), kamermuziek (dus klassieke muziek in kleine bezettingen) en in de jazz. Maar ook veel popmuzikanten die ervoor kiezen om veel activiteiten te ontplooien rondom de muziek. En daar erg goed in zijn.
Verdienen deze vakvrouwen/mannen in de muziek ook genoeg? Soms wel, soms niet. Maar het lijkt erop dat ze op langere termijn beter rondkomen met muziek-activiteiten dan die artiesten die kiezen voor de romantische rol.
Maken romantische muzikanten betere muziek? Is het dus een knieval om te kiezen voor de vakvrouw/man rol? Dat zeker niet: Bach, Sweelinck, Calefax Rietkwintet, vele namen in de dance, allemaal vakmensen, prima muziek.
Maar … waarom is het interessant om met een historische blik naar de muziekbusiness te kijken?
De belangrijkste reden is natuurlijk omdat je met meer houvast gaat nadenken over jouw muziek of over wat jij doet in de muziek. Want anno 2022 mag je natuurlijk zelf kiezen hoe jij het aanpakt. Wat past er het beste bij jou?
Ga je voor het Grote Goud en probeer je de nieuwe Adele te worden? Of kies je voor een gedegen vakvrouw/manschap? En maak je daarmee een grotere kans op een keurig maar niet buitensporig inkomen? Ga je het combineren? Eventueel zelfs onder twee artiestennamen?
Ook geeft een historische blik je meer begrip van de huidige en eventueel toekomstige muziekbusiness. Maar er is nog een reden: het is leuk en enorm interessant!! De muziekbusiness is een turbulente business, altijd geweest, daar kan geen spannend jongens/meisjesboek tegenop!
Deze blog werd geschreven door Ewout van der Linden, directeur Music Motion
0 reacties